Wil je meer info over Sectorale Akkoorden 2023-2024 Meer info

Toekennen vaccinatieverlof

Om de vaccinatiecampagne in de strijd tegen het coronavirus te faciliteren, is het belangrijk om werknemers maximaal te stimuleren zich te laten vaccineren. Met dit doel voor ogen trad op 9 april 2021 een wet in werking die een recht op klein verlet toekent aan werknemers die zich tijdens de werkuren laten vaccineren tegen het coronavirus.

Wat houdt het recht op klein verlet in?

Deze wet geeft werknemers het recht om zonder loonverlies van het werk afwezig te zijn om zich te laten vaccineren tegen het coronavirus. Deze afwezigheid wordt gelijkgesteld met klein verlet. Het loon voor deze afwezigheid wordt dus berekend volgens de wetgeving op de feestdagen.

De werknemers mogen afwezig zijn gedurende de tijd die nodig is voor de vaccinatie. Het gaat zowel om de tijd die de werknemer spendeert in het vaccinatiecentrum als de tijd die nodig is om zich te verplaatsen van en naar de locatie van vaccinatie.

Het recht op klein verlet wordt toegekend voor élke inenting die plaatsvindt tijdens de werkuren.

Op wie is deze wet van toepassing?

 Deze wet is van toepassing op alle werknemers die verbonden zijn door een arbeidsovereen­komst. Het gaat onder meer over werknemers, studenten en uitzendkrachten. Zelfstandigen, statutairen, leerlingen, stagiairs en vrijwilligers vallen buiten het toepassingsgebied van de wet.

Wat zijn de voorwaarden om beroep te kunnen doen op het vaccinatieverlof?

Om beroep te kunnen doen op het vaccinatieverlof, moet de werknemer zijn werkgever vooraf verwittigen én dit zo spoedig mogelijk, namelijk van zodra hij het tijdstip of tijdslot van de vaccinatie kent. Als de werknemer zelf zijn vaccinatiemoment kan kiezen, mag de werkgever geen druk op hem uitoefenen om zich buiten de werkuren te laten vaccineren.

Bovendien moet de werknemer het verlof gebruiken voor het beoogde doel, namelijk het zich laten vaccineren tegen het coronavirus. Komt hij deze voorwaarde niet na, kan hem het recht op loon voor die uren ontzegd worden aangezien er dan sprake zal zijn van ongerechtvaardigde afwezigheid.

De werknemer kan beslissen om geen beroep te doen op het vaccinatieverlof en een dag vakantie op te nemen. In dat geval zijn de regels van het vaccinatieverlof niet van toepassing. Hetzelfde geldt wanneer de werknemer zich laat vaccineren tijdens een dag waarop hij inhaalrust geniet of wanneer hij zich laat vaccineren buiten de werkuren.

Kan de werkgever vragen om een bewijs voor te leggen?

Indien de werknemer beroep doet op het vaccinatieverlof, mag de werkgever de werknemer vragen om een bewijs voor te leggen. Het is voldoende om de afspraakbevestiging voor te leggen om op een bepaald tijdstip aanwezig te zijn op een plaats waar de vaccinatie wordt toegediend. Indien de bevestiging niet vermeldt wanneer de werknemer aanwezig moet zijn op de plaats van vaccinatie, moet de werknemer zijn uitnodiging voorleggen. Het is niet toegestaan om van de werknemers te eisen dat ze hun effectieve aanwezigheid in het vaccinatiecentrum bewijzen.

Hoe wordt het recht op privacy van de werknemer gewaarborgd?

Omwille van de bescherming van de privacy, mag de werkgever de verkregen informatie enkel gebruiken voor de organisatie van het werk en het verzorgen van een correcte loonadministratie.

Bijgevolg mag de werkgever geen kopie nemen – onder welke vorm dan ook (bv. ook niet via e-mail) – van de afspraakbevestiging of de informatie die het bevat manueel overschrijven, met uitzondering van het tijdstip van de afspraak.

De werkgever mag de afwezigheid van de werknemer enkel registreren als klein verlet. Hij mag noch de reden van klein verlet, noch de mogelijke gezondheidsproblemen van de werknemer registreren.

Wat als de werknemer ziek wordt na de vaccinatie?

Het recht op klein verlet heeft enkel betrekking op de vaccinatie zelf. Indien de werknemer ziek wordt door de vaccinatie gelden de algemene regels inzake arbeidsongeschiktheid en gewaarborgd loon.

Hoelang is de regeling geldig?

De wet inzake het vaccinatieverlof trad in werking op 9 april 2021 en treedt buiten werking op 31 december 2021. De einddatum kan mogelijks verlengd worden tot uiterlijk 30 juni