Wil je meer info over Sectorale Akkoorden 2023-2024 Meer info

Flexi-jobs: wijzigingen vanaf 1 januari 2024

Het systeem van de flexi-jobs laat enerzijds ondernemingen toe om op een flexibele en gunstige manier werknemers te werk te stellen en geeft anderzijds werknemers de mogelijkheid om naast hun hoofdjob op een voordelige manier iets bij te verdienen. Deze regeling is beperkt tot een aantal specifieke sectoren.

Vanaf 01/01/2024 kunnen echter een heel aantal bijkomende sectoren een beroep doen op flexi-jobs. Daarnaast werden er vanaf 01/01/2024 een aantal wijzigingen ingevoerd m.b.t. de voorwaarden, het flexi-loon, de werkgeversbijdrage en de fiscale vrijstelling. Door deze wijzigingen zal een flexi-job werknemer per uur in het algemeen duurder worden dan een gewone werknemer. Het voordeel blijft wel dat een flexi-job werknemer veel korter en onregelmatiger ingezet kan worden.

Al deze wijzigingen hebben als doelstelling om ervoor te zorgen dat er sneller en gemakkelijker personeel kan worden aangetrokken in sectoren waar er een tekort is aan arbeidskrachten.  In dit artikel willen wij jou dan ook graag informeren over al deze nieuwigheden.

Aan welke voorwaarden moet worden voldaan om als flexi-job te kunnen werken?

Een werknemer kan slechts als flexi-job aan de slag wanneer aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • Minstens 4/5de werken als loontrekkende bij een of meer andere werkgevers dan de werkgever waarbij de werknemer een flexi-job zal uitoefenen en dit in het derde kwartaal voorafgaand aan de tewerkstelling als flexi-job (behalve voor gepensioneerden).
  • Wanneer de arbeidsovereenkomst van de werknemer werd verbroken, mag de werknemer geen flexi-job uitoefenen bij diezelfde werkgever, in de periode die wordt gedekt door een verbrekingsvergoeding of ontslagcompensatievergoeding.
  • De werknemer mag niet tewerkgesteld worden met een arbeidsovereenkomst bij de gebruiker aan wie hij door een uitzendkantoor ter beschikking wordt gesteld.

Een gepensioneerde werknemer kan tevens een flexi-job uitoefenen. Er dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de volgende twee categorieën:

  • De werknemer die de wettelijke pensioenleeftijd heeft bereikt kan onmiddellijk aan de slag als flexi-jobber.
  • De werknemer die op vervroegd pensioen is moet in het tweede kwartaal voorafgaand aan de flexi-job geregistreerd zijn als gepensioneerde in het pensioenkadaster. Indien de gepensioneerde toch eerder aan de slag wil als flexi-job, zal hij moeten voldoen aan de voorwaarden van een gewone werknemer.

Vanaf 1 januari 2024 dient aan de volgende bijkomende voorwaarden te worden voldaan alvorens een werknemer een flexi-job kan uitoefenen:

  • De werknemer mag in hetzelfde kwartaal niet tewerkgesteld worden aan de hand van een andere arbeidsovereenkomst of een statutaire aanstelling hebben bij de werkgever waar hij een flexi-job zal uitoefenen.
  • De onderneming waar er een flexi-job wordt uitgeoefend mag niet verbonden zijn met de onderneming waar de werknemer een arbeidsovereenkomst heeft voor minstens 4/5de van een voltijdse job.
  • Er wordt een wachttermijn ingevoerd voor werknemers die hun arbeidsduur verminderen.

Concreet kunnen werknemers die in kwartaal T-4 voltijds werken en in kwartaal T-3 verminderen naar een 4/5de tewerkstelling, tijdens het kwartaal T en het kwartaal T+1 geen flexi-job uitoefenen (vb. een werknemer die voltijds werkte in het eerste kwartaal van 2023 maar zijn prestaties heeft verminderd tot 80% in het tweede kwartaal van 2023 kan in het eerste en tweede kwartaal van 2024 geen flexi-job uitoefenen). Deze voorwaarde wordt gecontroleerd in de dimona – aangifte.

In welke sectoren zijn flexi-jobs mogelijk?

Het systeem van flexi-jobs was reeds mogelijk in de volgende sectoren:

  • PC 118: het paritair comité voor bakkerijen, banketbakkerijen en consumptiesalons bij een banketbakkerij, alsook de detailhandel in de artisanale chocoladeproducten in gespecialiseerde winkels met NACE – code 47242. Voor wat de bakkerijen betreft, werd dit wel beperkt tot de broodbakkerijen die bijdragen aan het Waarborg- en sociaal fonds voor de bakkerij en werden industriële bakkerijen dus uitgesloten.
  • PC 119: het paritair comité voor de handel in voedingswaren.
  • PC 201: het paritair comité voor de zelfstandige kleinhandel.
  • PC 202: het paritair comité voor de bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren.
  • PC 202.01: het paritair comité voor middelgrote levensmiddelenbedrijven.
  • PC 223: het paritair comité voor de sport.
  • PC 302: het paritair comité voor de horecasector.
  • PC 304: het paritair comité voor het vermakelijkheidsbedrijf, met uitsluiting van artistieke, artistiek – technische en artistiek – ondersteunende functies.
  • PC 311: het paritair comité voor grote kleinhandelszaken.
  • PC 312: het paritair comité voor warenhuizen.
  • PC 314: het paritair comité voor het kappersbedrijf en de schoonheidszorgen.
  • PC 322: het paritair comité voor de uitzendarbeid voor gebruikers die onder 1 van bovenstaande paritaire comité’s vallen.
  • PC 330: het paritair comité voor gezondheidsinrichtingen en – diensten en de openbare instelling en diensten van de publieke zorgsector met als NACE-code 86101, 86102, 86103, 86104, 86109, 86210, 86901, 86903, 86905, 86906, 86909, 87101, 87109, 87301 en 87302, met uitsluiting van zorgfuncties.
  • PC 330.03: het paritair subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen.

Vanaf 01/01/2024 wordt het toepassingsgebied van de flexi-jobs verder uitgebreid naar de volgende sectoren:

  • PC 112: het paritair comité voor het garagebedrijf voor werkgevers die uitsluitend werkgeverscategorie 064 hebben.
  • PC 118: het paritair comité voor de voedingsnijverheid maar enkel in de subsectoren:
    – industriële en ambachtelijke bakkerijen, ambachtelijke banketbakkerijen, ambachtelijke roomijsfabrikanten en de consumptiesalons bij een ambachtelijke banketbakkerij (PC 118.03);
    – brouwerijen en mouterijen (PC 118.07);
    – drankennijverheid (PC 118.08);
    – groentenijverheid (PC 118.09);
    – vruchtennijverheid (PC 118.10);
    – vleesnijverheid (PC 118.11);
    – zuivelproducten (PC 118.12);
    – chocoladefabrieken – suikerbakkerij (PC 118.14);
    – aardappelverwerkende nijverheid (PC 118.21);
    – aardappelschilbedrijven (PC 118.22).
  • PC 132, PC 144 en PC 145: het paritair comité voor ondernemingen van technische land- en tuinbouwwerken, voor de landbouw en het tuinbouwbedrijf enkel voor werkgevers die behoren tot de werkgeverscategorie 093, 193, 293, 094, 194, 294, 494 en 594.
  • PC 140.01: paritair subcomité voor de autobussen en autocars voor werkgevers die ressorteren onder de werkgeverscategorie 085.
  • PC 140.05: paritair subcomité voor de verhuizing voor werkgevers die ressorteren onder de werkgeverscategorie 084.
  • PC 200: paritair comité voor bedienden waarvan de werkgever valt onder de NACE-code 85.531 voor de autorijscholen en de werkgeverscategorie 010 of 020 betreft.
  • PC 320: het paritair comité voor begrafenisondernemers die uitsluitend werkgeverscategorie 320 hebben.
  • PC 323: paritair comité voor het beheer van gebouwen, vastgoedmakelaars en dienstboden voor werkgevers die uitsluitend behoren tot de werkgeverscategorie 113, 114 en 037.
  • De evenementensectoren maar enkel voor functies die rechtstreeks verband houden met de organisatie van evenementen (geen artistieke functies) en wanneer de onderneming ressorteert onder een bepaalde NACE code.
  • Private of publieke werkgevers en de werknemers die zij tewerkstellen in functie van redder in publiek toegankelijke zwembaden en zwemvijvers of op het strand, en alleen voor werknemers die een diploma van redder hebben.

In bovenstaande sectoren bestaat er nog een mogelijkheid tot opt-out waarbij de sociale partners kunnen overeenkomen dat er alsnog (deels) in hun sector geen flexi-jobs mogen worden uitgeoefend.

Voor bepaalde sectoren zijn flexi-jobs enkel mogelijk wanneer de gemeenschappen en gewesten de vraag stellen. Bovendien dient er eerst te worden overlegd in het overlegcomité en dient de mogelijkheid te worden opgenomen in een koninklijk besluit. Concreet gaat het om de volgende sectoren:

  • PC 331: de Vlaamse welzijns-en gezondheidssector waarbij de werkgever als hoofdactiviteit kinderopvang heeft.
  • Het officieel onderwijs en het gesubsidieerd personeel van het door de gemeenschap gesubsidieerd vrij onderwijs.
  • De werknemers en de werkgevers uit de sport- en cultuursector, voor zover de werkgevers niet onder dezelfde wet van 5 december 1968 ressorteren en hun hoofdactiviteit beantwoordt aan de omschrijving van één van de NACE-codes onder categorie 93.1 of 90.

Een flexi-job zal in deze sectoren in principe ten vroegste vanaf het 2de kwartaal van 2024 mogelijk zijn.

Voor de sectoren waar een flexi-job op heden nog niet mogelijk is, kunnen de sociale partners overeenkomen dat flexi-jobs geheel of gedeeltelijk worden toegestaan. Toelatingen en uitsluitingen zullen jaarlijks worden opgenomen in een koninklijk besluit dat steeds op 1 januari van het volgende jaar in werking zal treden. Enkel voor 2024 wordt er voorzien in de mogelijkheid om per kwartaal een invoering/uitsluiting te doen.

Ongeacht de sector kunnen bepaalde functies nooit een flexi-job uitoefenen. Het gaat over de volgende functies:

  • De artistieke, artistiek-technische en artistiek-ondersteunende functies die activiteiten omvatten zoals bepaald in de Wet tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers.
  • De functies die taken omvatten zoals omschreven in de Wet betreffende de uitoefening van gezondheidszorgberoepen.

Het nieuwe flexi-loon

Het huidige minimumflexi-loon blijft enkel behouden voor werknemers in de horeca (flexi- loon van 11,19 euro + 0,86 euro flexi-vakantiegeld = 12,05 euro)

In alle andere sectoren dient voortaan het minimumloon te worden gerespecteerd zoals voorzien in de loonschaal die van toepassing is op de functie die de flexi-jobber uitoefent. Tevens zal er bijkomend nog vakantiegeld moeten worden betaald ten belope van 7,67% van het flexi-loon.

Het loon dient nog steeds te worden uitgedrukt in een uurloon waardoor een omzetting in bepaalde sectoren noodzakelijk zal zijn.

Tevens wordt er een beperking ingevoerd waardoor het flexiloon niet meer mag bedragen dan 150% van het minimumbasisloon voor de functie zoals voorzien in de sector of van het GGMMI. Deze vergoeding omvat naast het flexi-loon ook nog andere vergoedingen, premies en voordelen.

Verhoging bijzondere sociale bijdrage

Het flexi-loon is vrijgesteld van de gewone sociale bijdragen, maar is onderworpen aan een bijzondere werkgeversbijdrage. De werkgeversbijdrage wordt nu verhoogd van 25% naar 28%.

Fiscale vrijstelling

Voor niet-pensioengerechtigde flexi-jobbers wordt er vanaf 2024 een plafond ingevoerd m.b.t. de belastingvrijstelling. De vrijstelling zal enkel nog van toepassing zijn voor de eerste 12.000 euro die op jaarbasis wordt verdiend. Gepensioneerde flexi-jobbers worden uitgesloten van deze beperking.

Indien je hierbij vragen zou hebben, dan kan je uiteraard steeds contact opnemen met jouw dossierbeheerder.